De Chiroptera
Een jaar in het leven van de vleermuis
Afmetingen:
- kop-romp: 4,7-5,3 cm
- staart: 3,5-4,2 cm
- spanwijdte: 23-26 cm
- gewicht: 6-15 gr
- maximumleeftijd: onbekend
Deze soort is middelgroot en heeft eveneens oren van middelmatige lengte. De licht rookgrijze rug die deels lichtgeel getint is gaat over in een lichtgrijze buik. Ze hebben een roestbruine snuit en grijsbruine vlieghuid en oren.
Ze komen vooral voor in het Middellands Zeegebied (o.a. in heel Italië), in Zwitserland en in de Balkan.
Biotoop: dit is een typische grotbewonende vleermuis die karstgebieden, terreinen met bos en struikgewassen bij water verkiest. Zowel in de zomer als in de winter wonen ze in grotten. Leeft soms samen met groepen Schreiber's vleermuizen, waarbij elke soort zich deels afzondert (o.a. in Italië en Spanje).
Over de voortplanting is nog niet erg veel geweten. De vrouwtjes hangen in groepen (tot 500) aan het plafond van grotten. De jongen worden geboren van midden tot eind juni en in Spanje zelfs al vanaf eind mei. De jongen kunnen vanaf de tweede helft van juli vliegen.
In de late schemering vliegen ze uit en jagen, net als de Watervleermuis, overwegend boven water. Ze kunnen, dankzij hun grote voeten en lange staartvlieghuid ook insecten van het wateroppervlak plukken. Maar ze jagen net zo goed in de lucht en verorberen hun prooi dan ook al vliegend. Ze voeden zich met tweevleugeligen, gaasvliegen en andere op, boven en rond het water levende insecten.