|
|
---|---|
De Chiroptera Een jaar in het leven van de vleermuis
|
De Kleine dwergvleermuis (Pipistrellus pygmaeus)
Biotoop: de Kleine dwergvleermuis heeft een voorkeur voor waterrijke gebieden. Je vindt ze dan ook in bossen rondom rivieren en in de omgeving van meren. Ze worden zowel in gebouwen als in holle bomen aangetroffen, ook in vogel- en vleermuiskasten. Ze overwinteren in gebouwen maar ook wel in holle bomen. Ook de kraamkolonies van Kleine dwergvleermuizen worden zowel in gebouwen als in holle bomen gevonden. Het aantal vrouwtjes erin varieert van enkele tientallen tot enkele honderden, soms zijn ze zelfs met meer dan 600. Vanaf eind augustus tot in september nemen de mannetjes hun intrek in hun paarverblijven. Daar vormen ze dan paargezelschappen met één tot vijf vrouwtjes, soms ook meer. Over de manier van jagen is nog weinig gekend. We weten wel dat ze, net als de Gewone dwergvleermuizen, enkel vliegende insecten eten en overwegend muggen, afgewisseld met enkele kokerjuffers. |